
Innovatieve kwekers werken aan duurzamere bollenteelt
Innovatieve kwekers in het noordelijk zandgebied in Noord-Holland werken samen met verschillende organisaties in Fieldlab Bol samen aan een toekomstbestendigere bollenteelt. Er zijn tientallen pilots die zijn gericht op bodem, water en teelt.
'We zijn ervan overtuigd dat we met dit project vooruitgang kunnen boeken en hopen dat de resultaten als een olievlek richting andere kwekers gaan werken', zegt projectleider Rob Brekelmans van het project 'Efro Fieldlab Bol'.
'Efro Fieldlab Bol' is het eerste project van de gelijknamige stichting die een extra impuls wil geven aan een duurzamere, dat wil zeggen toekomstbestendigere, bloembollenteelt. In het praktijkgedreven project werken innovatieve kwekers in het noordelijk zandgebied samen met kennis-, onderzoeks-, onderwijs- en overheidsinstellingen en branche- en bemiddelingsorganisaties.
Praktijkexperimenten
Kenmerken van het Fieldlab zijn focus vanuit de kweker, praktijkgerichtheid, kennis delen en gelegenheidscoalities sluiten. Tientallen praktijkexperimenten richten zich op de thema's bodem, water en teelt.
Hopelijk werkt het project als olievlek richting andere kwekers
Brekelmans ziet dat biologisch telen zelfs voor innovatieve kwekers nog een brug te ver is. 'Maar ze beseffen dat ze door de maatschappelijke onrust en terugloop van toegestane middelen moeten verduurzamen om hun bedrijven in de toekomst gezond te houden.'
Inspiratiebron
De ervaring die bollenteler John Huiberts in Sint Maartensbrug sinds 2013 heeft opgedaan met de biologische teelt van verschillende bolgewassen dient als inspiratiebron. Hij vindt het Fieldlab een stap in de goede richting en stelt zijn bedrijf open om alternatieve teeltmethodes uit te proberen. 'Daarmee krijg je een gevoel of iets haalbaar is. Je moet tenslotte ergens beginnen.'
Volgens Huiberts is het belangrijk om bij een duurzamere teelt ook de markt in de gaten te houden. Op dit moment is dat geen probleem, omdat de vraag naar biologische bloembollen groter is dan het aanbod. Dat biologische bloembollen naar verhouding duurder zijn, komt ook door de huidige kleinschaligheid. Schaalvergroting zal de prijs uiteindelijk verlagen, verwacht Huiberts.
Forever Bulbs in Sint Maarten, specialist in het veredelen, telen, verwerken en verkopen van gladiolenbollen, zette al een traject in om minder afhankelijk te worden van chemische gewasbescherming. 'Naast onze gangbare teelt hebben we een biologische variant, de Biondly. Onze klanten vroegen erom, maar we gebruiken onze ervaringen ook om onze reguliere teelt aan te passen', zegt algemeen directeur Frank Wagenaar van Forever Bulbs.
Resistente rassen
Wagenaar schetst dat het onder andere gaat om de selectie van robuuste rassen die resistent zijn tegen bepaalde ziektes.
Het mooie van het project 'Efro Fieldlab Bol' vindt Wagenaar de mogelijkheid om kennis te delen met andere telers en aanverwante partijen. De praktische inslag spreekt hem aan, met werkgroepen die gezamenlijk mogelijke oplossingen bedenken. Soms kan ook kruisbestuiving vanuit andere gewassen, zoals tulp en lelie, plaatsvinden.
Als voorbeelden van kleinschalige testen noemt de algemeen directeur van Forever Bulbs warmtebehandeling als alternatief voor chemische bolontsmetting en het inzaaien van microklaver tussen de gewassen om de onkruiddruk te verlagen.
Mislukkingen horen erbij
Bloembollenkwekerij WW Van Haaster in Breezand heeft tulpen, hyacinten, narcissen en lelies in het assortiment. Robin van Haaster: 'We hadden hoge verwachtingen van het inzaaien van witte klaver tussen de gewassen voor een lagere onkruiddruk. Dat is helaas mislukt, maar dat hoort er ook bij.'
Van Haaster doet nu een proef waarbij hij geen stro meer gebruikt om de ingeplante bollen te beschermen tegen vorst. Na het planten van de bollen zaait hij winterrogge op het plantbed, dat uitgroeit tot een winterdek. Dit zorgt voor minder onkruid, doordat de rogge een stofje uitscheidt dat de kiemkracht van onkruid verlaagt en er minder licht in de bodem komt.
Andere factoren
Bij bloembollenkwekerij van tulpen, narcissen, krokussen en camassia's Gebroeders Hulsebosch in Schagerbrug overwoekerde de klaver de lelies. Maar Nick Hulsebosch blijft geloven dat onkruid kan worden tegengegaan met een goede bodembedekker. 'Tenslotte kunnen bij één jaar experimenteren ook andere dingen een rol hebben gespeeld', redeneert de teler. Als voorbeeld noemt hij de nachtvorst in het voorjaar.
Hulsebosch doet ook een proef om luis te bestrijden zonder chemische middelen. Daarvoor doet agrarisch onderzoekscentrum Vertify de bespuitingen en resultaatmetingen.
Verschraling van assortiment
Omdat niet alle rassen even geschikt zijn voor duurzamere teeltmethodes vreest Hulsebosch voor een verschraling van het assortiment. Huiberts denkt dat de veredeling daar tot nu toe te weinig op heeft ingespeeld. Maar beiden verwachten dat ook daarin toekomstkansen liggen.
De experimenten moeten de komende jaren leiden tot een bollenteelt met een positieve impact op ecologie, maatschappij en economie, zegt Brekelmans. Stichting Fieldlab Bol heeft de ambitie om eind 2024 meer dan 3.000 hectare duurzamere bollenteelt te realiseren en eind 2028 meer dan 12.000 hectare. Daar komt nog een toename van het aantal hectare biologische teelt bij, van 70 hectare nu naar 3.000 hectare in 2028.