
Hightech teelt op water zorgt voor topproductie sla
Sla in watergoten, geteeld onder glas met klimaatbeheersing en extra belichting, kan per jaar tot 120 kilo per vierkante meter produceren. Dat zegt Peter Sonneveld, gewascoördinator bij zaadfirma Rijk Zwaan.
Een gedeelte van het veredelingsprogramma voor bladgewassen bij Rijk Zwaan is al gericht op de teelt op water in kassen met klimaatbeheersing en onder kunstlicht. De hightech teelt, ofwel beschermde teelt zoals al gangbaar is bij tomaten, heeft ook voor bladgewassen de toekomst. Daarvan zijn Sonneveld en ketenspecialist Bauke van Lenteren van Rijk Zwaan overtuigd.
Vorige week leidden Sonneveld en Van Lenteren een groep internationale journalisten rond op het onderzoekscentrum van Rijk Zwaan voor hydroponics in het Brabantse Dinteloord. De journalisten waren in Nederland vanwege het wereldcongres van de International Seed Federation in Rotterdam.
Nieuw Prinsenland
Het onderzoekscentrum van Rijk Zwaan is gebouwd op het nieuwe bedrijventerrein Nieuw Prinsenland. Doel is de geschikte rassen te veredelen voor de teelt van bladgewassen op water. Volgens Sonneveld zijn de veredelingsprogramma's voor sla en aanverwante gewassen voor een derde gericht op de waterteelt en voor twee derde op de buitenteelt. Hij gaat ervan uit dat het aandeel beschermde teelt verder toeneemt.
'Klimaatverandering, milieuvraagstukken en het aanbod van arbeid zorgen voor steeds meer uitdagingen, vooral voor een gewas als sla in de vollegrond. Voordelen van hydroponics zijn de hogere productie, de hogere en consistente kwaliteit van het geoogste product, de betere mogelijkheden om te automatiseren en dus de lagere arbeidsbehoefte. Verder gaat deze teelt efficiënt om met de meegegeven mineralen en is er minimale belasting van het milieu', zegt de gewascoördinator.
In navolging op de tomatenteelt spreekt Van Lenteren ook voor bladgewassen over een hightech teelt. Naast hydroponics gaat het om de teelt onder glas met klimaatbeheersing en kunstlicht. Zij zegt dat deze manier van telen vooral van meerwaarde is voor teeltregio's met duidelijk vier verschillende seizoenen of jaargetijden. Denk aan Noord-Amerika, het grootste deel van Europa en Noordoost-Azië.
De verschillende bladgewassen worden in het onderzoekscentrum vooral in watergoten geteeld. Daarin staan de slaplantjes in perspotjes in goten met een kleine laag langzaam stromend water. Het water met meststoffen wordt toegediend met druppelaars. Het voordeel van dit systeem is dat bij het groeien van de slakroppen de goten eenvoudig wat verder uit elkaar kunnen worden geplaatst.
Via een intern transportsysteem kan de sla op de goten altijd op een vaste plaats in de kas worden geoogst en verder worden verwerkt. 'Dit systeem is bijna volledig geautomatiseerd. Wij schatten in dat 80 procent van de waterteelt plaatsvindt op watergoten en dat het aandeel waterteelt op drijvers geleidelijk afneemt', zegt Van Lenteren.
Over de productiecapaciteit van bladgewassen op water zeggen Van Lenteren en Sonneveld dat de teelt continu doorloopt. Zij rekenen vanaf het plaatsen van de perspotjes in de watergoten tot aan het snijden van de kroppen met een groeifase van dertig dagen.
Vanwege de variabele gootafstanden gaat Rijk Zwaan ervan uit dat per vierkante meter kasoppervlak zeventien keer kan worden gesneden. 'Daarmee komen we, afhankelijk van het soort gewas, uiteindelijk uit op een productie van 120 kilo', zegt Sonneveld.