Ontwikkeling autonome veldrobots gaat razendsnel

Veldrobots die worden ingezet om plaatsspecifiek en zonder chemie onkruid te bestrijden rijden al rond op demo's of bij de eerste gebruikers. 'Het zijn de algoritmes, data en ontwikkelingskosten die de waarde bepalen van een robot en het bedrijf erachter', weet Corné Rispens van Ducksize.

'Ter vergelijking: Massey Ferguson werkte zes jaar lang met 170 engineers aan de ontwikkeling van de 8S-trekkerserie. Het kostte 200 miljoen dollar en 1 miljoen uur arbeid om een nieuwe trekker te ontwikkelen', licht Rispens toe. 'In principe is dat een product dat we al decennia kennen als je het vergelijkt met veldrobots waarin autonoom rijden, plantherkenning en autonoom wieden zijn verenigd. Het geeft wel aan wat het kost om een veldrobot te ontwikkelen die waarneemt, afweegt en daarna foutloos handelt.'

Subsidies

Bij de ontwikkeling van veldrobots kunnen subsidies helpen, maar Rispens zet ook een kanttekening. 'Het klinkt misschien gek, maar subsidies verstoren ook de ontwikkeling wanneer hierop moet worden gewacht of niet wordt toegekend.'

Veel bedrijven is de toekenningssystematiek bij subsidies een doorn in het oog. Daarom zoeken start-ups vaak investeerders om de last van ontwikkeling, productie en vermarkting te dragen. Zo vond het Zweedse bedrijf Ekobot een investeerder in het Nederlandse Navus Ventures. Dit is de investeringsmaatschappij van Lely in het Zuid-Hollandse Maassluis.

Robot Weeder ARW-912

Een voorbeeld van snelle ontwikkeling is de Robot Weeder ARW-912 van Andela Techniek & Innovatie in het Flevolandse Nagele. De 9 meter brede autonoom rijdende machine beschikt over twaalf wiedunits die in verschillende gewassen het onkruid onder alle omstandigheden kan detecteren en vernietigen. De grond wordt niet beroerd en veroorzaakt dus geen nieuw kiembed. Afhankelijk van onkruiddichtheid rijdt de machine tot 1.000 meter per uur.

'De ontwikkeling is in 2019 begonnen. In 2021 zijn we gaan testen met een eenarmig prototype en in 2022 begonnen we met bouwen', zegt Paul Andela. 'Het is een complexe machine waarbij we gebruikmaken van kunstmatige intelligentie, robotisering, autonoom rijden, zonnepanelen en 47 elektromotoren die het geheel aandrijven. Onze datasets die onderscheid maken tussen gewas en onkruid zijn cruciaal.'

De robot is constant inzetbaar en kan twee tot drie weken eerder worden ingezet (bij onkruidstadium speldenknop) dan handwieders. De robot spaart zo veel arbeid ten opzichte van steeds schaarser wordende handwieders. Andela heeft al drie robots verkocht in Flevoland.

Ziekte- en plaagbestrijding

De datasets hebben ook potentie in ziektebestrijding. 'Je kunt er bijvoorbeeld larven op zien. Misschien is ziekte- en plaagbestrijding of juist het toedienen van voedingsstoffen later in een werkgang met het wieden te combineren', zegt Andela.

Veldrobots zijn slechts een klein onderdeel van een duurzame teelt. De wijze van telen en het management eromheen zijn bepalend, stelt Marleen Riemens, teamleider Gewasgezondheid bij Wageningen University & Research.

Integrated Crop Management

'Er zijn veel beslissingen te maken. Wat moet ik doen? Hoeveel? Moet ik überhaupt iets doen of juist niet? Door de teelt systematisch te benaderen vanuit het raamwerk van Integrated Crop Management (ICM) is er flinke winst te behalen op duurzaamheid.'

De ICM-tool verzamelt kennis en technologie over duurzaam telen in vijf pijlers. De eerste is gewasdiversiteit, teeltperiode en plaats met keuzes over gewasrotatie en rustgewassen. Daarna volgt robuuste rassenkeuze en oogststrategie. Bij duurzaam bodembeheer gaat het over water- en nutriëntenmanagement, maar ook de zaaibedbereiding en bodembedekkers. De vierde pijler is gerichte onkruidbestrijding en tot slot monitoren en evaluatie.